5 vragen aan Rogier de Groot, Impact Investment Manager
Hoe is het om te werken bij Stichting DOEN? Dat kunnen onze collega’s zelf het beste vertellen. En daarom laten wij je graag met ze kennismaken! Vandaag stellen we vijf vragen aan Rogier de Groot, Impact Investment Manager DOEN Participaties.
Je bent sinds kort Impact Investment Manager bij DOEN Participaties. Wat sprak je aan in de vacature?
De rol van DOEN als impact-first en aanjagende investeerder. Via eerdere banen was ik al bekend met het landschap van impact investeren. In die tijd zag ik DOEN altijd als extreem ondernemend, aanjagend en een voorbeeld voor andere impact investeerders. Ook sprak de unieke samenwerking met Stichting DOEN me aan. Samen met vroege fase ondernemers bekijken we welk financieel instrument hen het beste helpt om door te groeien naar een volgende fase en om meer impact te maken.
Wat is je bijgebleven van je eerste werkweek?
De gedrevenheid van collega’s om een betere wereld te creëren, in combinatie met de sociale warmte, intelligentie en een goede dosis ondernemerschap. Ik merk echt dat collega’s investeringen willen laten werken en hierdoor een extra stap durven te nemen. Ze zijn betrokken bij hun werk en zien het niet als zomaar een baan. Ik kan me hier erg in vinden en merk dagelijks hoeveel geluk ik heb om met deze collega’s en de gedreven impactondernemers samen te mogen werken en investeren.
Je werkt nog niet zolang bij DOEN. Wat vind jij het meest opvallend/onderscheidend t.o.v. andere impact investeerders?
DOEN kijkt echt vanuit een impact perspectief naar het investeren in start-ups. Dit kunnen we doen omdat we een herinvesterend fonds zijn en daardoor langdurig betrokken kunnen blijven. Waar andere fondsen na enkele jaren rendement verwachten, vraagt onze investeerder, de Nationale Postcode Loterij, hier niet om. Daardoor kan DOEN écht transities ondersteunen en waarde toevoegen voor ondernemers die 7 tot 10 jaar nodig hebben om systeemverandering te realiseren. Echte verandering vinden helaas niet plaats binnen de tijdshorizon van commerciële (impact)fondsen. Ik zie dit dagelijks terug bij investeringen in hardware impact-start-ups die vernieuwende fabrieken bouwen om hun impact te realiseren. Voor deze investeringen is geduld nodig, wat veel andere (impact) investeerders niet altijd hebben waardoor zij deze impactvolle start-ups links laten liggen.
Wat is het bijzonderste dat je tot nu toe gedaan hebt bij DOEN Participaties?
Onlangs heb ik bij DOEN een investering mogen doen in een steward-owned bedrijf. Dit is een ondernemingsvorm waarin de missie centraal staat, de winst van aandeelhouders gelimiteerd worden, en besluitvorming in handen is van betrokkenen die binnen en buiten het bedrijf actief zijn (zogenaamde stewards). Dit is een zeer vernieuwend model en daarmee echt pionierswerk. In dit model wordt het geld (de aandeelhouders) losgekoppeld van de besluitvorming (de stewards). Dat is heel anders dan bij het traditionele venture capital model, waarin investeerders invloed krijgen omdat ze geld in het bedrijf steken. Het interessante hiervan is dat de missie van het bedrijf nu wordt gestuurd door stewards die verschillende belangen vertegenwoordigen in het systeem waarbinnen het bedrijf opereert, en niet alleen vanuit het financiële belang van de aandeelhouders. Daardoor wordt de missie vaak beter en sterker uitgevoerd. Het is hierbij wel erg spannend, zelfs als impact aandeelhouder, om je invloed in de besluitvorming weg te geven.
Welke participatie is jouw favoriet en waarom?
Er zijn veel partners die ik een warm hart toedraag, vooral als zij technologie ontwikkelen met veel impactpotentie. Toch heb ik extra interesse in Oscar Circulair. Zij leveren met hun binnenstedelijke afvalinzameling impact op veel verschillende vlakken. Daarmee veranderen zij een erg traditionele markt met hun ondernemerschap dat echt puur impact gedreven is.
Enkele voordelen van Oscar Circulair:
1. Hogere recycling van binnenstedelijk afval en het drastisch verminderen van niet recyclebaar restafval.
2. Creëren van werkplekken voor werknemers met een kwetsbare arbeidsmarktpositie.
3. Elektrisch afvalvervoer in binnensteden, wat zorgt voor minder uitstoot.